NCad advies Indicatoren, beheer en benutting van gegevens voor monitoren van proefdiergebruik en 3V-alternatieven, deel 1

Meer openheid en transparantie over dierproeven en de mogelijkheden om die te vervangen, verminderen en verfijnen (3V’s) is van groot belang. Ontsluit daarom alle gegevens over het gebruik van proefdieren en de mogelijkheden van 3V’s. Dat is het advies van het Nationaal Comité advies dierproevenbeleid (NCad) aan Staatssecretaris Dijksma van het ministerie van Economische Zaken. Het NCad staat daarbij een gegevenspakhuis voor ogen waarin alle informatie over dierproeven en 3V’s die bij de overheid beschikbaar is als open data toegankelijk wordt gemaakt.

Doordat gegevens over het proefdiergebruik en 3V’s nog te weinig inzichtelijk zijn, is het beeld dat beleidsmakers, onderzoekers en publiek over dit onderwerp hebben vaak onvolledig. Zo zijn nieuwe ontwikkelingen in veel gevallen onvoldoende zichtbaar. Daardoor ontstaan misverstanden. Ook worden kansen gemist omdat onvoldoende gebruik gemaakt kan worden van eerder opgedane ervaringen.

Het NCad raadt de Staatssecretaris daarom aan om aan te sluiten bij het overheidsbeleid ‘open data’ en alle bij de overheid beschikbare informatie over het proefdiergebruik, dierproeven en 3V-alternatieven beschikbaar te maken. Dit voor zover deze wat betreft privacy gevoeligheid en bescherming van het intellectuele eigendom openbaar gemaakt mogen worden. De Nederlandse praktijk gaat in deze verder dan gebruikelijk is in Europa . Daarom adviseert het NCad de Staatssecretaris om zich vanwege een gelijk speelveld ook in te zetten op een Europese open data policy. Het NCad biedt aan te monitoren wat de effecten van deze open data policy zijn op de concurrentiepositie van onderzoekers en bedrijven.

De gegevens kunnen verder verrijkt worden door het gericht en systematisch verzamelen van gegevens over de ontwikkeling en toepassing van 3V- alternatieven. Het NCad adviseert de jaarlijkse rapportage over dierproeven en proefdieren zodanig aan te passen dat er (toegankelijk en verklarend) inzicht wordt gegeven in trends in het 3V-onderzoek en de impact daarvan op het proefdiergebruik. Dit vereist dat één of meerdere partijen worden aangewezen die verantwoordelijk zijn voor een integrale rapportage.

In een vervolgadvies (Deel2), dat eind dit jaar verwacht wordt, zal het NCad criteria uitwerken waarmee een beter beeld gevormd kan worden van de ontwikkelingen van het proefdiergebruik en de 3V’s. Ook wordt dan duidelijk welke kosten met de inrichting van een gegevenspakhuis gemoeid zijn en wat de baten daarvan zijn.